6.8.3.2. N Uitrusting van tankwagens voor propaan, butaan en mengsels daarvan
In Nederland geregistreerde tankwagens, bestemd voor het vervoer van propaan, butaan en mengsels daarvan, zijn voorzien van een noodstopvoorziening die is aangesloten op het bedieningssysteem van de veiligheidsinrichting, bedoeld in randnummer 6.8.3.2.3 van bijlage 1, en op het aandrijfsysteem van de pomp. Het bedienen van de noodstopvoorziening heeft tot direct gevolg dat de veiligheidsinrichtingen gesloten worden en de pomp gestopt wordt. De bedieningsorganen van de noodstopvoorziening zijn zowel aangebracht in de bedieningskast(en) als bij de linkervoorzijde als bij de rechterachterzijde van de tank.
Tankwagens, bestemd voor het vervoer van propaan, butaan of mengsels daarvan, zijn voorzien van een wegrijdalarmering, ter voorkoming van het wegrijden met een aangekoppelde of niet opgeborgen slang. Deze voorziening bestaat uit een knipperende rode lamp op het dashboard en een intermitterende claxon in de cabine.